LOGOS DUO IN NEWFOUNDLAND (deel 4)
De LSPU-zaal loopt na de "Habour Symphony Workshop" leeg. Weer staan we in de frisse zeelucht, maar deze maal proeft de weidsheid van de zo nabije Atlantische Oceaan anders. Geen haar op mijn hoofd had eraan durven denken, dat ik hier in St. John's, uitgerekend de plek waar Marconi's eerste signalen de ether belaagden, op mijn beurt muziek de wereld zou insturen via de scheepshoorns van oceaanstomers. Ik ril onwillekeurig bij de gedachte. Enerzijds kan ik me er niet van weerhouden de wilde bokkesprongen van mijn hart in een vreugdekreet of een gek danspasje om te zetten. Anderzijds bekruipt me een weee angst die ik met vrouw en macht de kop indruk, dat ik door een "Harbour Symphony" te willen schrijven, mezelf toch wel echt heb overschat. "Niets van, spreek ik mezelf moed in. Gewoon doen." En bij het eerste koffieterrasje hou ik halt. Godfried is tuk op het zwarte levenselixir en ik kan me aan de allereerste botenkompositie van mijn leven wagen. Geen notenpapier, gelukkig maar. Vertrouwen scheppend hokjespapier, waar ik de schrille en diepe klaxongeluiden van de scheepshoorns in mijn hoofd, moet pogen in te gieten. De hoofdstruktuur is me van meet af aan duidelijk, maar hoe dat konkreet vorm te geven, is een hele opdracht. Op welke plek staan de luisteraars? In tegenstelling tot de klassieke koncertopstelling hebben we hier een bewegend publiek, dat zich aan eender welke zijde van de haveninham kan bevinden. Ook waar de oceaanschepen, nu toch mijn muziekinstrumenten, zich zullen bevinden, zal tot op de dag van de uitvoering een onbekend gegeven blijven. Zelfs hoeveel en hoe laag of hoe hoog de hoorns zullen zijn, zal een raadsel blijven. Hoe meer ik erover nadenk, hoe vager alles wordt. Het lijkt wel of je de steeds wisselende golven van de oceaan zelf in een struktuur wil proberen gieten. Me koncentreren op de essentie is er weldra niet meer bij. Ik hoor meer en meer het autogeraas om me heen. De clochard die een eindje verderop in de vuilbak graait, geeft me eensklaps zingevingsproblemen. Wat zit ik hier mijn hoofd te breken over een "Harbour Symphony" in wording, wanneer deze mens niet eens voldoende te eten heeft. Aan mijn scheepshoornklanken zal hij alvast niets hebben. "Ho, laat je niet afleiden, moedig ik mezelf aan. Alle andere komponisten voor je hebben deze man ook niets te bieden gehad. Maar daarom hebben zij zich niet beperkt tot het alleen maar zitten voor zich uit staren aan een terrastafeltje." Voor het eerst zoek ik mijn heil in getallenreeksen en waag ik me aan een simpel algoritme. Het grote voordeel van het tellen wordt me op staande voet duidelijk. Ik kan mijn aandacht eindelijk bij mijn blad houden en de buitenwereld letterlijk buiten sluiten. Een eerste grof geschetst plan krijgt een papieren gestalte. Na een paar uurtjes werken, moet alles wat rusten en heb ik nood aan tijd om gewoon na te denken.
Die tijd krijg ik ruimschoots, want het hele festival doorkruisen we St.John's, Newfoundland, tevoet in alle mogelijke windrichtingen. Een enkele keer wagen we een busrit, maar missen de frisse lucht en de beweging. Tussen de vele koncerten en workshops door krijgt de Harbour Symphony gestalte, vul ik hokjes zwart in en laat andere het voordeel van de witte stilte. Tellen en nog eens tellen. Nu en dan ook mistellen en herbeginnen, maar het werk raakt tijdig klaar en ik voel me innerlijk gesterkt. Ik heb mijn kans gewaagd.
|