Dr.Godfried-Willem RAES

Kursus Experimentele Muziek: Boekdeel 5: Notatie en Muzieksoftware

Hogeschool Gent : Departement Muziek & Drama


<Terug naar inhoudstafel kursus>    

5020:

MIDI-Input


1.- Algemeen

Veel, zoniet de meeste, softwarepakketten maken ook gebruik van standaard midi-code voor het inbrengen van muziek in partituurformaat. Zo ook onze Noteprocessor. Om de gang van zaken hier goed te begrijpen is een inzicht in de technische werking van MIDI van essentieel belang. Daarvoor verwijs ik echter naar de lessen 1050 en 1070, waarin de software-technische aspekten van MIDI uit de doeken worden gedaan en naar les 2070 waarin de hardware uitvoerig aan de orde komt.

Het grote voordeel van het gebruik van MIDI voor het inbrengen van partituren, is dat de muziek op een daarvoor uitgerust klavier gewoon partij per partij ingespeeld kan worden. Daartoe wordt de midi-uitgang van het klavier (keyboard) verbonden met de midi-ingang van de komputer of met de midi-ingang van het komputerinterface. Op machines zoals de Atari, behoort de komputermidi-poort tot de standaard uitrusting, iets wat aan de basis ligt van de populariteit van deze machine in bepaalde muzikale milieus. Op machines zoals de Macintosh en de IBM-achtige PC's, dient het midi-interface afzonderlijk te worden aangesloten, hetzij via een hardware insteekmodule ( op de Mac), hetzij via een insteekkaart (op IBM's).

Gewoon de kabels op de juiste wijze aansluiten volstaat echter niet om ook een werkend systeem te krijgen. Daarvoor is immers ook nog geschikte software, en bovenal, een juist ingesteld kommunikatieprotokol, nodig. Van primordiaal belang is dat de software het hardware-matig aangesloten midi-interface ondersteund en dat dit laatste ook op een korrektie manier werd geinstalleerd ( I/O-adres, Error Handlers, Interrupts...).

Wat betreft IBM-achtige machines is er wat dit betreft geen probleem voor zover gebruik gemaakt wordt van het algemeen gangbare - maar met allerlei problemen behepte- Roland MPU401 interface. Er zijn evenwel nog talloze andere midi-interfaces gangbaar en in de handel, meestal interfaces die veel eenvoudiger zelf te programmeren zijn dan het Roland-interface, maar die bijna nooit in bestaande software geimplementeerd worden. Een echte midi-standaard of een eigenlijke internationale afspraak inzake midi-interfaces voor IBM-achtige PC's bestaat niet.


2.- Overdraagbare informatie bij gebruik van midi

Zoals blijkt uit de midi-software standaard, stuurt een midi-klavier op het moment waarop je een toets indrukt, een codebyte uit waarin vervat liggen:

- statusbyte: er wordt een noot aangeslagen

( 144 + kanaalgetal)

- byte voor de naam van de aangeslagen noot

- byte voor de dynamiek waarmee een bepaalde noot aangeslagen wordt. Toetsenborden die geen aanslaggevoeligheid hebben sturen hier bijna steeds de waarde 64 uit.

Wanneer de toets weer losgelaten wordt , dan wordt volgend data-pakket verstuurd :

- statusbyte : er wordt een noot losgelaten

( 128 + kanaalgetal)

- byte voor de naam van de uitgeschakelde noot

- byte voor het uitsterf-verloop van de uitgeschakelde noot. Dit byte wordt zelden gebruikt en is dan ook bijna steeds 0.

Let erop dat de duur van een noot, geen deel uitmaakt van de midi-kode! Deze tijdsduur tussen aan- en uitschakelen van een noot dient door de komputer-software bepaald en berekend te worden. Aangezien geen enkel muzikus in staat is een reeks noten zo te spelen dat elke toets precies even lang ingedrukt wordt gehouden, wordt de software zo geschreven dat er bij het inlezen van de bytes een zekere afronding van de tijdsduren plaatsgrijpt. De mate van afronding kan ingesteld worden door op voorhand een kleinste te respekteren metrische waarde op te geven, evenals een metronoom-tempo.

Aangezien alle kommunikatie tussen komputer en klavier verloopt via niets anders dan bovenstaande gegevens, zullen alle normaal in notatie vastlegbare elementen van interpretatie hier noodzakelijkerwijze moeten vervallen. Enkele voorbeelden om dit duidelijk te maken :

- midi kan geen onderscheid maken tussen een vierde noot met een staccatto teken en een achtste noot gevolgd door een achtste rust.

- midi kan geen dynamische interpretatietekens zelf bepalen. Ook wanneer het gebruikte toetsenbord aanslaggevoelig is, is voor het omzetten van dynamiek-reeksen naar een zinnige dynamieknotatie, heel wat 'muzikaal inzicht' nodig . Meer bepaald een indeling van de gespeelde muziek, in muzikale zinnen. Dit zou alleen kunnen geimplementeerd worden via een werkelijk muzikaal expert systeem.

- Maatwisselingen evenals - in tonale muziek - wisselingen van modus off toonaard kunnen niet via midi in notatie worden omgezet.

- Accelerando's, ritardando's e.d.m. zijn niet mogelijk zonder het notatieprogramma duchtig in de war te sturen. Alle muziek dient zich te houden aan het op voorhand ingestelde metronoom tempo.

- De stroom midi-gegevens, indien die betrekking heeft op een polyfoon stuk, kan onmogelijk in zijn monofone bestanddelen ontleed worden en als dusdanig genoteerd. Polyfone notatie is alleen mogelijk wanneer elke stem afzonderlijk en via een afzonderlijk kanaal wordt ingebracht. Probeer maar eens een driestemmige inventie van Bach in te spelen...

Wie zou menen dat notatieprogramma's met midi-input mogelijkheid het ideale middel zouden zijn om vrije improvisaties in partituren om te zetten, vergist zich dan ook fundamenteel.

Ook zal blijken dat vaak midi-input niet eens de snelst mogelijke weg is naar het bereiken van een geschikte muziekpartituur, omdat vanzodra de muziek enige komplexiteit vertoont, er enorm veel handmatige ingrepen nodig blijken te zijn op de via midi gegenereerde data-files.


3.- Voordelen van het gebruik van midi

Naast alle voornoemde nadelen, zijn er ook een aantal onmiskenbare voordelen verbonden aan het gebruik van het midi-data formaat voor muziek. In de allereerste plaats is daar het feit dat elke noot wordt opgeslagen als een 7-bits getal. Midi kent dan ook geen enharmonie. Dit maakt het korrekt transponeren tot een klusje van niemedal. Immers, alles een tritonus omhoog transponeren is gewoon hetzelfde als bij alle noten 6 optellen...

Om fouten te vermijden is voor het uitvoeren van transposities dan ook het gebruik van het midi-file formaat aan te bevelen. Dit geldt ook voor notatie in andere sleutels, oktaaftransposities e.d.m.

Een hiermee verband houdende mogelijkheid bestaat erin dat midi-datafiles op eenvoudige wijze kunnen gesplitst worden : bvb. voor het schrijven van pianopartituren kan het wenselijk zijn de noten op twee notenbalken te noteren met de midden-Ut (midi getal 60) als splitspunt.

Ook ingrepen op de metrische waarden zijn in principe eenvoudig realiseerbaar.

Bovenstaande voordelen zijn echter niet exklusief voor midi: zij gelden in het algemeen voor elk zuiver numeriek opslagsysteem of dataformaat.

Verder is aan het gebruik van het midi-file formaat het onmiskenbare voordeel verbonden, dat de files ook opnieuw kunnen afgespeeld worden. Dit maakt het anders toch zo vermoeiend en vervelend foutzoeken ( proofreading) een heel stuk eenvoudiger.


4.-Besluit:

Notatiesoftware die zich beperkt tot een implementatie van midi-input , eventueel gekoppeld aan een grafisch interface, blijft in zijn toepasingsmogelijkheden beperkt tot de allereenvoudigste muziek : klassieke harmonie, amusementsmuziek, pop en rock. Als hulpmiddel in een meer uitgebreid notatiepakket is het evenwel een uiterst handige en nuttige aanwinst. Quick and dirty, meer niet.


Filedate: 851003/ last update: 99-03-03

Terug naar inhoudstafel kursus: <Index Kursus> Naar homepage dr.Godfried-Willem RAES