Godfried-Willem RAES

Kursus Experimentele Muziek: Boekdeel 3: Vormleer

Hogeschool Gent : Departement Muziek & Drama


<Terug naar inhoudstafel kursus>

3040:

STRETTO

 

Hoewel we het stretto binnen de klassieke muziek eigenlijk alleen kennen als onderdeel van de verder te behandelen (of in andere kursussen reeds geziene) fuga, berust zijn formele opbouw toch op een aantal principes die er een grote formele zelfstandigheid aan verlenen.

Algemeen gesproken lijkt het stretto een beetje op een canon, maar in tegenstelling tot dit laatste is hier een duidelijk richtingsgevoel, een ontwikkeling, aanwezig. De tijdsafstand waarmee de stemmen invallen wordt hier immers alsmaar korter genomen, waardoor de vorm alsmaar gebalder en gekoncentreerder overkomt op de luisteraar.

Een aantal formeel verschillende werkwijzen zijn mogelijk

 

a. door diminutie :

Vormschema:

 

s T**************************

a T*******************

t T*************

b T*******

 

Dit is de vorm waaronder het stretto voorkomt in de klassieke schoolfuga. Hierbij worden aanvankelijk de tijdsafstanden waarmee de stemmen het thema inzetten verkort, tot uiteindelijk de situatie bekomen wordt waarbij ze allemaal tesamen eindigen.

Uiteraard is het daarvoor nodig, de duur van de stemmen op een of andere wijze in te korten. Dit kan via diverse procedures gebeuren:

 

1. door strikte metrische diminutie, waarbij het thema aan zichzelf gelijk blijft, doch waarbij de ritmische waarden ervan met eenzelfde verhouding worden ingekort.

2. door essentialisering van het thema, waarbij uit het thema stukjes worden weggeknipt, waardoor het uiteraard korter en gebalder wordt. In zijn meest gebalde vorm, zal het thema nog slechts bestaan uit zijn meest karakteristieke motief.

 

Welke procedure we ook gebruiken (beide kunnen overigens ook gekombineerd worden), het is en blijft een uitermate lastige opgave dit te doen binnen de regels van het klassieke kontrapunt, zoals dat vereist is voor het schrijven van een schoolfuga.

Deze regels nopen de schrijver er immers toe, zoveel koncessies te doen aan de zuiverheid van de strettovorm, dat daar meestal niet veel meer van overblijft. Dit is een van de vele redenen waarom de schoolfuga nauwelijks meer kan zijn dan een schools en akademisch tijdverdrijf: immers de klaarheid van vorm wordt ondergeschikt gemaakt aan de toepassing van een receptuur. Of, het probleem van de Meistersaenger en de Rederijkers.

 

Tegen deze achtergrond moet ook mijn kompositorische leerstelling: De instandhouding van de hoofdgedachte of vorm moet altijd primeren op de instandhouding van de ondergeschikte uitvoeringsregels, gezien en begrepen worden. Overigens geldt deze regel niet alleen de muzikale kompositie, maar evenzeer de retoriek en zelfs, bij veralgemening, het recht.

 

 

 

b. door augmentatie :

Vormschema:

 

s T*****************************

a T************************************

t T******************************************

b T*************************************************

 

Hier zet een stem (in het schema de bas) in met een geaugmenteerde vorm van het thema. De laatste stem (hier de sopraan) brengt het thema in de oorsrponkelijke vorm.

Augmentatie is veel eenvoudiger te verwezenlijken dan diminutie. De technieken zijn nochtans analoog (maar omgekeerd) aan diegene die we vermeldden onder diminutie:

1. metrische augmentatie

Hierbij worden voor elke augmentatie, de notenwaarden van het thema proportioneel verlengd.

Een vierde noot in het thema, kan bij een eerste augmentatie bijvoorbeeld een vierde gepunt worden, in tweede augmentatie, een halve noot, in derde augmentatie een halve gepunt en in vierde augmentatie een hele noot. In dit voorbeeld hebben we dus een stretto per augmentationem beschreven gebruik makend van een augmentatie faktor x4.

2. door uitbreiding van het thema

Hier worden aan het thema, omspelingen, motivische herhalingen of variaties e.d.m. toegevoegd. Deze techniek is eenvoudiger en veel soepeler dan de vorige. Anderzijds echter is ze moeilijker in een algoritme te implementeren. Er moet immers informatie worden toegevoegd.

 

Naast de verschijningsvormen van het stretto zoals hiervoor beschreven, zijn er ook twee andere denkbaar die klassiek gezien -bij mijn weten in elk geval- nergens toepassing vonden. Formeel gezien zijn het eenvoudigweg de temporele omkeringen van beide voorgaande vormen. De expressieve betekenis en mogelijkheden ervan zijn eveneens omgekeerd dan die van het klassieke stretto. Waar dit laatste een spanningsopbouwend vormschema is, bouwen de omgekeerde vormen spanning af: zij beginnen tot het uiterste gebald, en desintegreren in hun verder verloop deze samenhang. Ze zijn 'ruineus'.

 

c. omgekeerde diminutie:

Vormschema:

 

 

s T*****************

a T**************

t T***********

b T********

 

 

In het voorbeeld van het vormschema, heeft de sopraan het oorspronkelijke en volledige thema. De bas zet in met de meest gediminueerde vorm, en eindigt dan ook het vlugst.

De formele principes achter de diminutie zijn hier identisch aan diegene vermeld onder a. hierboven.

 

 

d. omgekeerde augmentatie:

Vormschema:

 

s T*****************

a T****************************

t T**************************************

b T**************************************************

 

 

Ook hier gelden de opmerkingen gemaakt bij de bespreking van de gewone augmentatie.

 

 

Toepassingvoorbeeld: programma "STRETTO" Godfried-Willem RAES (1992)

 

Dit programma schrijft automatisch stretto-vormen volgens een van de vier hier beschreven vormschemas. De regels voor vertikale samenklanken zijn minimaal, maar kunnen via extra toe te voegen procedures of bijzondere libraries (Harm.lib bvb.) in de software uitgebreid worden. (cfr. de procedures in <FUGA> en <KORAAL>). Wel werd -in beperkte mate- rekening gehouden met het behoud van het metrum van het tematisch materiaal in het eindrezultaat.

Het programma gaat uit van een volledig uitgeschreven eenstemmige partij. Deze partij dient als een binair bestand aan het programma aangeboden te worden.

 


Terug naar inhoudstafel kursus

Naar homepage dr.Godfried-Willem Raes

Last update: April 23, 2001