Stichting
logos
koncertorganisatie en professioneel produktiecentrum met ensemble voor experimentele muziek
erkend en struktureel betoelaagd door de Vlaamse Regering
PLANNING VOOR 2003-2006
1. Inleiding
Van bij haar oorsprong is Logos als organisatie gefundeerd op drie behoorlijk stevige pijlers:
Deze drie pijlers zijn in de top stevig met elkaar verankerd, en vormen samen
het bekende ikoon voor Logos: de tetraëder. De eerste pijler, onze eigen kreatieve
aktiviteit, zorgt ervoor dat de artistieke kern van Logos permanent voeling
heeft met wat binnen de internationale experimentele muziekscene leeft. Meer
zelfs, zij vormt de noodzakelijke voorwaarde voor de aansluiting bij de internationale
wereld van de nieuwste experimentele muziekproduktie, zoals die in onze receptieve
koncerten wordt getoond. Zij is de mogelijkheidsvoorwaarde voor de originaliteit
waarop wij in onze artistieke produktie kunnen bogen. Deze artistieke produktie
is daarbij evenwel geenszins beperkt tot de toch wel enge grenzen van wat de
dekretenbouwers 'musicerende' ensembles noemen... Immers, het muzikaal scheppende
kan in de sektor van de experimentele muziekproduktie geenszins beperkt worden
tot het uitvoerende dat ensembles is traditionele zin kenmerkt. Dit weerspiegelt
immers een o.i. historische werkelijkheid waarbij men enerzijds 'komponisten'
heeft, en anderzijds 'uitvoerders' en waarbij de relatie tussen beide de basis
vormt van wat naar het publiek toe wordt gebracht. Sedert het laatste kwart
van de 20e eeuw echter zien we in de meest innovatieve takken van de hedendaagse
muziek een rolvervaging ontstaan: het publiek wordt meer en meer gekonfronteerd
met komponerende uitvoerders, ensembles die eigen projekten uitwerken, komponisten
die de kern vormen van uitvoerende ensembles en daarin als uitvoerder een cruciale
rol spelen... Internationale voorbeelden hiervan zijn legio: Sonic Arts Union,
Phill Glass Ensemble, The Hub, AMM, Musica Eletronica Viva, The Colorado New
Music Ensemble, Michael Nymann Band, Fall Mountain, Relache... en in eigen land
sluit alleen het experimenteel geöriënteerde Logos ensemble, en het nieuwe vaste
logos
De receptieve koncertaktiviteit van Stichting Logos - onze tweede pijler - verschilt grondig van deze van andere muziekcentra. Sinds haar ontstaan legt Stichting Logos er zich immers enerzijds op toe de internationale nieuwe muziekscene af te speuren op zoek naar de nieuwste innovatieve projekten om deze met het publiek te konfronteren. Anderzijds streeft Stichting Logos er naar als springplank te fungeren voor jonge Vlaamse komponisten, musici en ensembles die vernieuwend werk brengen en hen kennis te laten maken met het allernieuwste van wat binnen- en buitenland te bieden hebben. Dit receptieve koncertgebeuren is tegelijkertijd een waar publiek gebeuren waarbij wordt gepoogd ook het publiek deelachtig te maken aan het avontuur van de ontwikkelingen in de nieuwste muziek. Dit is een totaal ander vertrekpunt dan dat van koncertorganisatoren in traditionele zin, die immers vaak pogen hun publiek de 'beste' koncertprogramma's aan te bieden, waarbij uiteraard die kwaliteit bij voorbaat is getest - hoe relatief ook - op andere podia. Dit maakt de traditionele koncertorganisator uiteraard tot een nuttige, maar tweedehandse instelling ten opzichte van het werkelijk vernieuwende in het nieuwste muziekleven. Hieruit komt geen innovatie voort. Het ge- en bekende wordt immers bij voorkeur geprogrammeerd. Hier regeert de logika van de marktekonomie. De sterkte en de justifikatie van het receptieve koncertgebeuren bij Stichting Logos is dan ook zeker niet te zoeken in de kwantitatieve opkomst van het publiek, noch in de populariteit. Immers, van een grote populariteit sluit dit gebeuren zich op marktekonomische gronden eigenlijk bij voorbaat uit: het poogt immers principieel katten in zakken te verkopen... Hiermee wil natuurlijk niet gezegd zijn dat we niet -zelfs vaak- voor grote publieksaantallen kunnen werken, doch wel en alleen dat onze werking daarin niet haar legitimatie vindt. Stichting Logos vindt haar justifikatie daarentegen in haar rol als uniek pilootcentrum, dat stap voor stap doorheen drie-en-dertig jaar onverpoosd werken, internationaal respekt en gezag wist te verwerven. Het belang van het spitten in wat internationaal aan koncertwaardigs naar voor komt en groeit, de basis van de receptieve koncertaktiviteit bij Stichting Logos, is natuurlijk ook bevruchtend voor de eigen artistieke produktie. En hiermee wordt de link gelegd naar de eerder genoemde pijler van de Logos tetraëder.
Zien we dat beide hier vernoemde pijlers onderling stevig zijn verbonden, dan ontbreekt nog een derde poot, om aan deze konstruktie de legendarische stevigheid van de tetraëder te verlenen: de research, het grondslagenonderzoek en het laboratorium enerzijds, het dokumentatiecentrum annex archief anderzijds. Bij Stichting Logos wordt sedert meerdere decennia ook grondslagen-onderzoek geleverd naar zowel formele als technische middelen ter verruiming van de menselijke muzikale expressiemogelijkheden. De aktualiteit van het internationale koncertgebeuren en die van de eigen artistieke produktie die daarbij aansluit, genereert doorlopend nieuwe en vaak belangwekkende problemen en vraagstukken. Om slechts enkele voorbeelden te geven:
- de vraag naar de relatie tussen mens en machine: onze reputatie als instrumenten-
en installatiebouwers wisten wij gedurende de laatste decennia gestaag op te
bouwen, doch in de laatste vijf jaren werd deze aktiviteit sterk geïntensifieerd.
Dankzij een aantal uitnodigende projekten (waaronder de Eindhovense Tromp biënnale
en Les chants mécaniques te Lille) kon een heus arsenaal aan gerobotiseerde
instrumenten ontworpen en gekonstrueerd worden. Deze machines van uiteenlopende
aard (een player-piano, verscheidene orgelautomaten, een harmonium, vijf slagwerkrobots,
enz.) kunnen ingezet worden in onderzoeken naar de verhouding tussen de koördinerende
mens en het verlengstuk, de interface van zijn denken. Bijvoorbeeld wordt nagegaan
in hoeverre het mogelijk is om de ambachtelijke aktiviteit van het musiceren,
opgevat als het 'bespelen van een instrument', geïmplementeerd kan worden in
een machine. Uiteraard worden grenzen afgetast en verlegd: de motorische beperkingen
van de uitvoerder kunnen voor een groot deel opgeheven worden; De musicerende
verantwoordelijkheid kan worden verlegd naar het nivo van de interpretatie en
de expressie. Het ligt daarbij niet in onze bedoeling het ambachtelijke musiceren
te imiteren, doch veeleer het uit te breiden, te overstijgen. Het spreekt voor
zich dat de machines in onze artistieke produktie aangewend worden. Dit heeft
sinds 2001 de oprichting van een nieuw ensemble,
- de vraag naar de menselijke muzikale expressiemiddelen: hier is het evenmin
evident dat deze middelen tot het traditioneel op konservatoria onderwezen arsenaal
aan instrumenten beperkt zouden moeten blijven. Stichting Logos heeft ook in
het verleden op het gebied van de ontwikkeling van nieuwe speeltuigen en technieken
internationaal erkende en belangrijke bijdragen geleverd tot dit innoverend
onderzoek. Zij heeft dan ook een autoriteit op dit vlak in huis: dr. Godfried-Willem
Raes. De artistieke resultaten daarvan - bijv. de suksesvolle muziekteaterprodukties
en
2. Stichting Logos als internationale receptieve koncertorganisatie, die instaat, en dat sedert meer dan dertig jaar, voor zowat wekelijkse koncerten integraal en uitsluitend gewijd aan de nieuwste vernieuwende en niet kommerciële muziek uit de gehele wereld. Daarvoor kunnen wij beschikken over een eigen uiterst moderne koncertzaal die in 1991 in gebruik werd genomen. De koncertzaal biedt plaats aan 150 luisteraars en werd - trouw aan ons basiskoncept - gebouwd in de vorm van een tetraëder. De zaal staat ook onder die naam te Gent bekend (Logos Tetraëder). Voor de architektuur ervan -overigens een eigen ontwerp én realisatie- werden wij bekroond met de Tech-Art prijs (uitgereikt in 1991). De Tetraëder is intussen zowel bij musici als publiek hooggeprezen omwille van zijn unieke akoestische eigenschappen. Op het ogenblik dat we dit schrijven is een bouwaanvraag in behandeling voor de definitieve afwerking van het voorste gedeelte - inklusief gevel - van het gebouw...
3. Stichting Logos als dokumentatiecentrum-archief over hedendaagse muziek. Een uniek dokumentatiecentrum dat beschikt over meer dan 24.000 originele opnames van de internationale nieuwe muziekproduktie sedert 1968, naast vele honderden nieuwe muziekpartituren en tonnen dokumentatie in verband met deze nieuwste muziekproduktie. Deze vaste en gekatalogeerde verzameling maakt deel uit van het patrimonium van Stichting Logos als officiële Instelling van Openbaar Nut, en staat open voor het publiek. Een infoshop, gelegen aan de Bomastraat 26-28, werd reeds in 1991 geopend, met een eigen lees- en luisterruimte gelegen aan de straatkant, waar het publiek dagelijks tijdens kantooruren evenals voor, na en in de pauze van elk publiek koncert, terecht kan. De lokale, maar ook de internationale belangstelling voor dit unieke archief groeit gestaag. Sedert enkele jaren kunnen dokumenten en partituren nu ook per e-mail op Internet worden opgevraagd en ter plaatse gekonsulteerd worden. Een eigen en in de laatste jaren sterk exploderende en drukbezochte website op het internet (http://www.logosfoundation.org - ondertussen telden wij meer dan 40.000 'hits') maakt ons nu reeds wereldwijd toegankelijk en bereikbaar. Sinds mei 2001 maakten wij onze gehele database voor het informatiecentrum via internet toegankelijk met behulp van een gesofistikeerde search applet. Met andere woorden: via een paar toetsenbord-ingaves en muiskliks kunnen het hele geïndexeerde partiturenbestand, de tematische bibliotheek, het geluidsarchief én het beeldarchief (films en videos) opgevraagd worden! Meer en meer ensembles komen voor het speuren naar nieuw repertoire in ons infocentrum werken: QO-2, Spectra, Champ d'Action, Arcane, Aspara. Zij ontdekken er (voor hen) nieuwe partituren en kunnen er in het klankarchief duiken. Dit informatiecentrum vormt uiteraard ook de onderliggende basis van waaruit onze eigenlijke research-aktiviteit vertrekt. Immers, zonder brede basiskennis en beschikbaarheid van originele bronnen, is wetenschappelijk innoverend werk volstrekt onmogelijk. Zomin trouwens als origineel artistiek werk. Voor die research aktiviteit beschikken wij over een goed uitgerust elektronisch laboratorium waar schakelingen kunnen worden ontworpen en gebouwd, een atelier voor experimentele instrumentenbouw dat goed is uitgerust voor metaalbewerking (lastechnieken) en twee klankstudios voor elektronische muziek, opnametechniek en montage. De vroegere kleine koncertstudio werd in 2001 omgebouwd tot tweede klankstudio om tegemoet te komen aan de sterk toegenomen vraag van buitenaf. d lp Dat Stichting Logos niet alleen binnen het Vlaamse, maar ook binnen het internationale kulturele landschap op zijn minst een vreemde - of liever: uitzonderlijke - eend in de bijt is, beseffen we maar al te goed. Alleen al het feit dat we reeds drieëndertig jaar lang op één en hetzelfde gebied intensief aktief zijn, is een niet bepaald normaal verschijnsel. We zijn dan ook het oudste Nieuwe Muziekcentrum in zijn soort in Europa, maar blijven - ondanks de recent gelukkig wat toegenomen erkenning, met zelfs in 1997 een kultureel ambassadeurschap voor het Logos Duo - helaas, wanneer we gaan vergelijken, tevens ook nog steeds het minst gesubsidiëerde... (Vergelijken we maar even met bvb. het 'Institut fuer Medientechnologie' in Karlsruhe, de 'Steim' studio in Amsterdam en het Ircam in Parijs...) We blijven dan ook ijveren dat hierin verandering komt, niet alleen omdat het ons niet meer dan billijk lijkt, maar vooral omdat we de mening zijn toegedaan dat een echte vernieuwende muziekkultuur eenvoudigweg niet kan, zonder een eigenzinnig pilootcentrum.
Stichting Logos heeft als hoofdbetrachting de taak het publiek op een zo open mogelijke wijze in kontakt te brengen met de grote verscheidenheid aan kreaties die de hedendaagse muziekkultuur kenmerken. Wij houden daarbij in principe geen rekening met 'modes', met wat 'in' heet te zijn, met wat de grootste media-belangstelling zou kunnen opleveren, met wat a priori bij het publiek het meeste sukses zou kunnen kennen, een houding waarin wij verschillen van zowat alle overige initiatieven op het vlak van nieuwe muziek in ons land. Zo waren wij vele jaren geleden de eersten om bij diverse koncerten 'minimal music', 'neo-tonale', 'neo-expressionistische', zgn. 'post-moderne' muziek voor te stellen; waren wij de eersten die dit durfden voorstellen tegen het misprijzen in van de gehele kring van toenmalige tenoren der hedendaagse (seriële) muziek... Zo kon het publiek bij ons voor het eerst kennis maken met de muziek van Klarenz Barlow, Irvine Arditti, Volker Staub, Willem Breuker, Trimpin, Louis Adriessen, Rene Bastien, David Moss, Gavin Bryars, Ladislav Kupkovic, Steve Reich, Conlon Nancarrow, John Zorn, Robert Ashley, Klarenz Barlow, Laurie Anderson, Phill Minton, Tom Phillips, Howard Skempton, Frank Denyer, Dominique Lawalrée, Machine for Making Sense...!
Vandaag, meer dan drie decennia later dus, brengen vele andere organisatoren het publiek deze zelfde namen als vernieuwingen, wat voor ons feitelijk neerkomt op een hele eer. Want, zij leveren hiermee het bewijs dat wij met Logos onze taak als pilootcentrum prima vervullen en dat zij niet zonder ons kunnen. Zij hernemen onze programma's van tien en twintig jaar geleden keer op keer, en bevestigen daarmee hoe trefzeker de Logos-speurneus de jonge en veelbelovende vernieuwers, aanwezig op de binnen- en buitenlandse muziekscene weet te lokaliseren en voor het allereerst aan het Vlaamse publiek voor te stellen. Bekijk daarvoor ook maar heel even wat onze 'grote' podia en festivals vandaag als 'nieuw' aan het publiek voorstelt en vergelijk maar even met de lijsten van de bij ons optredende musici van tien, twintig, ja zelfs vijfentwintig jaar geleden... Dit zou door ons ten onrechte euvel geduid kunnen worden, als brengen zij slechts tweedehandse kultuur, omdat zij geen van allen aan eerstelijnsexploratie in het domein van de kultuurproduktie durven of kunnen doen, maar er zich toe beperken zaken te programmeren die elders ook reeds met een zeker sukses worden gebracht. Maar het omgekeerde is waar. Wij worden door hun 'selektie' bevestigd in onze onmisbare funktie en in onze trefzekere kompetentie als pilootcentrum. Toegegeven, een pilootcentrum kan risiko's nemen die niemand anders zich durft te veroorloven. Als allereerste het innovatieve opsporen en aan het publiek voorstellen, is een uitdagende onderneming. Het betekent immers steevast nieuwe namen voor het voetlicht brengen en jonge, nog onbekende kunstenaars lanceren. Dat kan per definitie niet de funktie zijn van de 'grote' podia en festivals. Moge dit dan ook niet gelezen worden als een aanval! Hun nut staat ons inziens buiten kijf. Ze zijn net zo belangrijk, als de vulgarisatie dat is voor de wetenschap en de maatschappelijke dispersie van haar inzichten en resultaten. Gevaarlijk, zoniet gortig, wordt het alleen op het ogenblik dat men aan de vulgarisatie de merites van de wetenschap zelf begint toe te schrijven en deze vulgarisatie op grond daarvan massaal begint te ondersteunen, ten koste van de werkelijke bron... Onze taak, ook in de toekomst, ligt evenwel niet in vulgarisatie, doch zoals geschetst op een ander, maar onontbeerlijk vlak: op dat van speurend pilootcentrum. Onze opdracht blijft zich meer dan ooit situeren in het zoeken binnen wat men de cutting edge van een muziekkultuur zou kunnen noemen. Daarbij blijven wij meer dan ooit voorvechters van wat dan 'kreativiteit' heet. Originaliteit is voor ons wel degelijk een uiterst belangrijk kriterium om een kultureel verschijnsel of produkt op te beoordelen! Evenzeer, als de mate waarin een muzikaal artefakt licht werpt op de muziekkultuur waarbinnen het als expressief verschijnsel naar voor wordt gebracht. In deze, niet stilistische zin dus, zijn en blijven we wel degelijk echte modernisten. Niet natuurlijk wanneer men 'modernisme' definieert als de regelmatige en hoogst akademische stijl die bvb. de Darmstädter school, of nog, de aanhangers van de 'new complexity' (bijv. Ferneyhough) kenmerkt.
Dit neemt niet weg dat, op het vlak van de
koncertorganizatie, in de eerste plaats gestreefd zal worden naar een verdere
groei van het aangesproken publiek. De konkurrentiedruk in Gent is echter heel
erg toegenomen, zoals iedereen bekend is. Inmiddels zijn ook voor ons enerzijds
de exploitatiekosten, anderzijds de kosten voor propaganda en publiciteit evenredig
met de schaalvergroting en de konkurrentiedruk toegenomen. Een verhoging van
het aantal koncerten is dan ook zeker geen streefdoel: met jaarlijks circa 45
koncerten in de Tetraëderzaal alleen al (en dit nu reeds meer dan 20 jaar) zaten
we toch wel echt aan een plafond, dat we in de loop van het komende 4-jaar plan
eerder willen verlagen tot 36 koncerten per jaar. Meer dan ooit zal bij Stichting
Logos in eerste instantie dan ook de klemtoon komen te liggen op innovatie en
op de hoogste kwaliteit inzake muzikale vernieuwing en experiment. Als koncertorganisator
is het naar het publiek toe - uiteraard in nauwe samenwerking met de door ons
uitgenodigde musici - onze eerste betrachting, dit publiek te verleiden. Om
het door een zo professioneel en aantrekkelijk mogelijke prezentatie van de
voorstellingen, ook kunstwerken waarnaar het anders wellicht geen oor zou hebben,
te laten appreciëren. Naast de sterk internationaal gerichte receptieve koncerten,
besteden we zoals in het verleden trouwens, ook heel wat aandacht aan het stimuleren
van de lokale Vlaamse kreatieve aktiviteit. In dit kader moeten ondermeer de
kompositieopdrachten gezien worden, die we aan (bij voorkeur jonge) Vlaamse
komponisten willen verlenen. De opdrachten zijn heel specifiek gericht naar
enerzijds de specifieke kompetentie en eigenheid van de voorgestelde komponisten
en anderzijds, naar die specificiteit van Stichting Logos, vooral dan de op
heel wat gebieden unieke infrastruktuur en technisch-muzikale mogelijkheden
(M&M ensemble...) eigen aan Stichting Logos. Een reeds wat meer uitgewerkt voorstel
terzake wordt verder toegelicht. (cf. 4.2) In de komende vier jaar willen wij
blijvend een sterke klemtoon gaan leggen op eigen artistieke produktie en de
uitstraling daarvan. Blijvers zijn op dit vlak alleszins de 'klassieke' produkties
Uiteraard spreekt onze automatenkollektie
tot de verbeelding van menig organisator. Vandaar dat de machines meer dan eens
verhuisd worden naar festivals en grootschalige happenings. Op deze weg van
grootschaliger produkties, willen we nog heel wat verder gaan (bijv. planning
van de kameropera/muziekteaterproduktie
Onze missie ligt op een geheel ander werkterrein: binnen dit ensemble immers worden nieuwe musiceervormen uitgetest, nieuwe instrumenten aan de musiceerpraktijk onderworpen en innoverende kompositievormen gerealiseerd en publiekelijk voorgesteld. De aansluiting bij en de eigen bijdrage tot de allernieuwste ontwikkelingen in wetenschap en technologie krijgt daarbij een primaire rol. De Logos-kreativiteit beoogt zo een samengaan van artistieke en wetenschappelijke vernieuwing en in dit opzicht staan dus ook research en interdisciplinariteit centraal. Het overschrijden van de enge grenzen van het 'muzikale' en het aanboren van de extensies en raakvlakken op gebieden zoals het teater, de literatuur en de beeldende kunsten, inklusief de diverse verschijningsvormen van wat we 'multi-media' zijn gaan noemen, is van dit vertrekpunt een logisch gevolg. Bij het ochtendgloren van de 21ste eeuw, opteren wij voor het synergetisch interdisciplinair samenwerken van artistieke en wetenschappelijke innoverende tendenzen, om te komen tot een nu nog onbekende kultuur vol nieuwe poëtische muzikaliteit.
De raad van bestuur.
Naar onze portaal pagina | Naar koncertkalender | The Logos Crew |