Godfried-Willem Raes

Voor de periode 01.01.2017 tot 31.12.2019 heb ik een kunstenaarsbeurs aangevraagd om nieuwe wegen te gaan ontwikkelen

Hierbij een inhoudelijke beschrijving van mijn plannen

Onderwerp van de beurs

Zonder mijn artistieke levenswandel hier te herhalen is het van belang erop te wijzen dat ik me in de laatste 25 jaar heel hard heb toegelegd op het ontwerpen, bouwen en gebruiken van in totaal 68 afgewerkte muzikale robots die vandaag het robotorkest van Stichting Logos vormen. Ik beschouw dit werk nu als min of meer afgesloten en kan het gebruik van dit orkest overlaten aan de vele jongere en ook enkele oudere componisten uit binnen- en buitenland die ermee aan de slag willen gaan.

Dolgraag zou ik nu de nodige tijd-ruimte willen kunnen vrijmaken om mij grondig te verdiepen in de mogelijkheden geboden door de nieuwste sensortechnologien die aan de basis kunnen liggen van geheel nieuwe technieken om vormen van musiceren in de toekomst mogelijk te maken en te definieren. Ik ben er stellig van overtuigd een bijdrage te kunnnen leveren tot de ontwikkeling van nieuwe muzikale expressiemiddelen, de kern van elk ernstig artistiek onderzoek op dit gebied. Het is een terrein waarin ik over een goede basis kan beschikken, aangezien ik op de ontwikkeling van een onzichtbaar muziekinstrument doktoreerde in 1993. De toen ontwikkelde technologie is vandaag trouwens nog steeds intensief in gebruik. Diepgaande verdere ontwikkelingen hebben we evenwel gedurende zowat 25 jaar aan de kant geschoven vanwege enerzijds de bouw van het genoemde robotorkest, anderszijds ook vanwege onze drukke aktiviteit als hoofddocent en onderzoeker aan de Gentse School of Arts en ook, niet in het minst, mijn nauwe betrokkenheid bij de dagdagelijkse werking van Stichting Logos. Ook het begeleiden van doctoraatsstudenten (Ugent, Hogent en Orpheus Instituut) beslaat nog steeds heel veel van mijn beschikbare tijd.

Bijna vijfentwintig later nu, is de wereld van de elektronica en van de microprocessoren enorm geevolueerd en het opnieuw aansluiten bij die wereld vergt vandaag dan ook een diepgaande studiereis doorheen die wereld. Die studiereis wil ik nu met volle energie gaan ondernemen. Het zal niet alleen mijn eigen artistiek werk een volkomen nieuwe wending geven, maar bovendien kunnen de vruchten ervan geplukt worden door vele andere kunstenaars en musici actief in de wereld van de experimentele muziek.

Maar niet alleen de sensoren bieden tal van nieuwe te ontdekken perspectieven, dit geldt ook voor het achterliggende theoretische en wiskundige apparaat. Op dit vlak willen we ons grondig bijscholen zodat we ook de nieuwste wiskundige en algoritmische technieken onder de knie kunnen krijgen. De nieuw op de markt gekomen 32-bit microprocessoren (o.m. de ARM reeks, maar ook de nieuwste Microchip 32-bit PIC processoren) bieden tal van mogelijkheden om artistiek bruikbare embedded sensorsystemen te ontwikkelen. Om dit te kunnen doen moet ik mij verdiepen in de finitistische theorie van de signaalanalyse, omdat die het nauwst aansluit bij algoritmische implementaties en de bouw van praktisch werkende systemen.

Anders dan in mijn werk rond de bouw van het onzichtbaar muziekinstrument, waarbij het me vooral te doen was om het herkennen van expressieve gestiek -een nogal globale aanpak waarvoor ik toen radar- en sonartechnologie ontwikkelde- komt het me thans voor dat het capteren van de micromotoriek eigen aan het musiceren nog veel belangrijker is. Om dit mogelijk te maken en om dit in artistiek werk -aansluitend zowel bij compositie als bij experimentele instrumentenbouw- te kunnen toepassen, bieden de nieuwste onwikkelingen binnen de micro-electronica uitdagende perspektieven. Ik denk dan onder meer aan de heel recente MEMS sensoren, aan extreem hoge radarfrekwentiegebieden met een heel kleine reikwijdte, aan myoelectrische sensoren zoals meer en meer in gebruik in de medische technologie en de prothesebouw.

De verkenning en grondige studie van deze nieuw geopende perspektieven vergt evenwel heel wat tijd. Studietijd, zowel als tijd voor het opzetten en ontwikkelen van experimenten. Deze tijd kan ik alleen beschikbaar maken wanneer ik van een aantal andere beslommeringen en taken kan worden vrijgesteld. Vandaar dat ik dat ook in mijn bijgevoegde subsidieringaanvraag heb voorzien en opgenomen. In deze aanvraag voorzie ik mijn nieuwe leer- en ervaringstraject te spreiden over een periode van drie jaar. Een werkschema met betrekking tot de periodisering van het geplande ontwikkelingstraject kan eruit zien alsvolgt:


Timing:


studietijd

10 maanden

uitwerken eerste prototypes

4 maanden

testen in muzikale conteksten: instrumentale bruikbaarheid

6 maanden

schrijven van demonstratieve compositorische toepassingen

3 maanden

presenteren van die toepassingen voor een beperkt kritisch publiek

(gespreid over de laatste twee jaar van de periode)

1 maand

bouw van praktisch bruikbare human interfaces

6 maand

rapportering van geboekte resulaten en verwezenlijkingen

1 maand

reflectie en filosofische onderbouwing

2 maand

een dagboek zal worden bijgehouden in de vorm van een interaktieve webblog

(gespreid over de gehele periode van drie jaar)

3 maand


In de loop van dit traject wil ik ook wat tijd krijgen om meer lezingen te kunnen voorbereiden en verzorgen, wat uiteindelijk zou kunnen leiden tot een boek of wat grotere publikatie rond het thema muzikale expressie in het licht van de technologische vooruitgang. Dit moet een reflecterend essay worden met een goede filosofische onderbouwing gesteund op een grondige kennis van de technologie, meer in het bijzonder sensor-technologie zoals die kan gebruikt worden voor de bouw van human interfaces en anderzijds de technologie ontwikkeld voor automatisering en robotica. Aan het eind van het ontwikkelingstraject kan dan de link met robotica ook praktisch worden hersteld.

Voor heel wat te onderzoeken en te exploreren facetten binnen dit ontwikkelingstraject zal ik beroep doen op elders reeds voorhanden expertise. Enerzijds op grond van mijn betrokkenenheid bij de onderzoeksgroep systematische muziekwetenschap aan Ugent (Prof.dr.Marc Leman) maar ook binnen het gebied van de technologie, via Iminds, het MIM en diverse ingenieurs die tot mijn vriendenkring behoren.


Voorziene kosten en uitgaven verbonden aan de aangevraagde kunstenaarsbeurs:

 

Technische hulp en ondersteuning bij het maken van prototypes in SMD techniek  
27.000
Software licenties (Labview, Mathlab, Compilers)  
5.000
Technische literatuur  
2.000
7.000
Elektronische komponenten

sensoren

6.000
  analoge componenten
2.000
  processoren (ARM en DS-PIC)
3.000
  boards
2.000
13.000
Werktuigen en noodzakelijke hulpmiddelen: Binoculaire microscoop
2.500
  Reflow oventje
2.000
  PCB prototyping machine
3.500
11.560
  National Instruments DAQ cards (USB)
1.460
  Behuizingen (metaal)
2.100
Webspace  
500
Toughpad Toshiba laptop  
1.800
Onderhoud werklokalen (laboratorium en atelier) 50 weken a 125,- x 3 jaar
18.750
Kosten verbonden aan de overname van mijn taken als vrijwilliger bij Stichting Logos:

externe boekhouder (3 jaar)

12x 1000,- x 3
36.000
 

Onderhoud robots (3 jaar)

12x 1000,- x 3

36.000
Verwarmingskost werklokalen 3 x 2.200,-
6.600
Vergoedingen aan musici waarmee ik wil samenwerken 10 x 250,-
2.500
TOTAAL van de aanvraag:
160.710


Nota: heel wat noodzakelijke materialen en werktuigen, evenals werkruimtes en lokalen zijn niet opgenomen in dit budget, omdat ze reeds aanwezig zijn in enerzijds het elektronisch laboratorium en anderzijds het atelier voor experimentele instrumentenbouw bij Stichting Logos.