'Carrozza del impossibilita del Unisono'

Godfried-Willem RAES

07/1995


Verslag door Moniek Darge...


Een LOGOS-balanskar in de Gentse Feestenstoet

 Stel je een vijf meter lange, stalen kar voor met vier wielen van 1 meter 30 doormeter. Ieder wiel is voorzien van zes spaken, waarvan er een is uitgerust met een stang, zoals je bij lokomotiefaandrijvingen vindt. Die stangen zijn verbonden met de uiteinden van een stalen balans, die hoog boven de wielen torent. Bij iedere wielomwenteling slaan twee kleine drumsticks, via een mechanisme bevestigd op de andere uiteinden van de balans, op een bastrommel. Omdat de aandrijfstangen paarsgewijs verschillende lengten hebben, zijn de amplitudes ongelijk en hoor je dus iets in de zin van: boem boem, stilte, boem, stilte stilte, boem boem boem, stilte, boem, stilte stilte... Stel je daar nu nog bij voor dat de kar voorbewogen wordt door het op en neer bewegen van een 3 meter lange stang die haaks op een balansuiteinde bevestigd is. Nu heb je een beeld van onze kar, waarmee we in de Gentste Feestenstoet rondtrokken.

Een grappig zicht, zeg dat wel. Wat een menselijke inspanning was er niet nodig om deze absurdistische klankmachine voort te bewegen! Resultaat: een reeks -niet eens zo luide- trommelslagen, die zonder enige vorm van krachtpatserij door een konventionele trommelaar veel makkelijker te spelen zijn.

 Kommentaar van Godfried-Willem Raes, de vader van deze balanskar: "Dit is vanzelfsprekend een projekt, zoals al mijn projekten tenandere, met een achterliggende filosofie. Een op een lineaire as geprojekteerd punt, draaiend op een cirkel beschrijft bij definitie een sinuskurve. In de 'Carrozza del Impossibilita del Unisono', hebben we te maken met twee paar onafhankelijk draaiende wielen (cirkels uiteraard), die aangezien ze geacht worden eenzelfde baan af te leggen, aan een zelfde snelheid ronddraaien. Bewegende punten op de buitenkanten van de wielen stellen balansen in beweging of vice versa: door de balansen te bewegen draaien de wielen. Indien er nu een fysische werkelijkheid bestond waarin de identiteit ook maar aan enige werkelijkheid zou beantwoorden, dan zouden de balansen twee in frekwentie identieke en alleen in fase verschoven sinussen moeten te zien geven. Dit is niet het geval. Het unisono, blijkt onmogelijk."

 Zes in overalls gestoken Logosmedewerkers stapten mee op:

Nicole Ledegen, Geertrui Van Hoorde en Moniek Darge liepen voorop, een touw over de weg spannend en er voor zorgend dat het publiek op een veilige afstand bleef. Johan Vercruysse en Godfried-Willem Raes, die de kar over de hobbelige kasseien loodsten. En last but not least Guy de Bievre, die van achter zijn zonnebril de zwiepende gevarendriehoek op de achterste balans in het oog hield. Ook waakte hij erover dat de trommel op haar juiste positie bleef.

 De konstruktie van de balanskar had natuurlijk heel wat om het lijf. Makkelijker gezegd dan gerealiseerd: vier wielen met een meter dertig diameter. Karrewielen kopen in dit Vlaamse land? Vergeet het maar. Na twee dagen vruchteloos uitpluizen van de Gele Gids en rijen telefoontjes, waagde ik het maar Roland Schepens, van ATS Contracting, de firma die ons hielp bij de bouw van de Tetraeder te kontakteren. Roland was verrast door mijn vraag of we bij hen geen kabelhaspels konden kopen. "Voor Godfried is dat toch een kleintje zo'n wielen zelf te lassen," was zijn entoesiast kommentaar. Zo tandemden we tot in Merelbeke om de zaak eens samen te bespreken. Voorwaar... de volgende ochtend fietste Godfried-Willem Raes als kersverse fabrieksarbeider voor dag en dauw naar zijn werk. Ik had nog gegekscheerd en voorgesteld hem een termos en een boterhammentrommel te zullen kopen. Dat idee had hij evenwel zonder meer weggewimpeld. Tot grote hilariteit van Godfrieds kollegas staalarbeiders, verscheen ik klokslag twaalf uur op de schaft met een zak koeken en een fles koude koffie. Maar tegen de avond waren de vier wielen toch maar af.

Nog een weekje thuis lassen, verven, zwoegen en zweten tot een gat in de nacht en ... klaar was kees. Vanzelfsprekend moesten we weer doorwerken tot de laatste minuut. Pas de dag van de stoet zelf konden we op straat testen of de kar ook nog kon draaien met die primitieve dissel. Waarachtig, ook dat werkte, al was het geen sinekure haar een scherpe bocht te laten nemen.

We hielden ons hart vast, hopend dat de kar het niet midden in de stoet zou begeven. Neen hoor, fier hotsebotste zij voor de tribune met 1200 toeschouwers en kreeg er ook nog wat applaus. Dan het belfort rond. Nog en nog meer kasseien. Wie bij het stadsbestuur heeft dat vervloekte parkoers met zo min mogelijk asfalt bedacht?

Oef, ginds was het laatste stukje van het trajekt, de Reep, in zicht. Hier waagde ik mijn tweede kans die weerbarstige balanskar te sturen. Eindelijk, de Oude Beestenmarkt. De "Carrozza del Impossibilita del Unisono" had de veldslag heelhuids overleefd.

Maar o cynisch lot, op de terugweg naar haar stal, de Tetraeder, hoorden we een fikse knal. De staalband tussen twee spaken van het linkervoorwiel was naar zijn oorspronkelijke vlakke toestand teruggekeerd. Met veel moeite en lijden haalden we toch nog de Bomastraat, hoewel de beide voorwielen nu zeshoeken i.p.v. cirkels waren...

Niet alleen de onmogelijkheid van het unisono, maar ook de onmogelijkheid van het zelfgelaste stalen wiel was ei zo na bewezen.

Moniek Darge


To 1997 Logos street parade project: Le Grand Coucou
Back to Logos Projects Page:Logos Projects
Back to Logos Main Page: Logos Main Page
To homepage Godfried-Willem Raes

First published on the web: july 28th -4

Last updated: 2008-08-31